Vroeger op de lagere school had ik een
meisje in de klas met de naam Tineke, ze deed haar naam eer aan ze
haalde alleen maar tienen.
Tien het is het getal wat je geeft als
je iets erg goed vindt, het hoogst haalbare je ben een topper als je
de tien haalt.
Tien ik geef nooit een tien aan welk
levens event ik ook meemaak ik houdt altijd de ruimte voor mij zelf
om nog de mogelijk te behouden om nog iets mooiers mee te maken, een
tien het is de top maar als je die geeft dan is er toch niks meer te
verbeteren in je leven?
Wie wil nu aan de top leven, kom op zeg
wat zou het leven saai zijn als het maximale is bereikt en dan?
Dan kan het alleen maar minder gaan,
dus.
Tien, een mooi rond cijfer een top
prestatie in ons cijfer systeem, tien is een belofte voor de
toekomst. En toch is tien niet altijd een cijfer wat je als uitermate
goed kan beschouwen, wat wij nog niet hadden meegemaakt is dit cijfer
uitgedrukt in beaufort......
Aan het einde van de morgen gooide wij
de trossen los in Bruinisse, een weekje Grevelingen zat er op het was
tijd om aan de terugreis te beginnen.
Op internet had ik nog even het weer
gecontroleerd, een klein regenwolkje boven de Roompot was de
voorspelling prima dan hoef ik maar even mijn niet geheel droog
houdende zeilbroek aan, die na twaalf jaar trouwe dienst enige
tekenen van verval als in lek plekken begint te vertonen.
Met een klein 'drietje' hijsen wij de
zeilen, aan de wind loopt ons schip makkelijk vijf knopen ondanks de
weinige wind. Gemoedelijk varen wij net buiten de vaargeul van de
vrachtschepen snelweg die de Oosterschelde kent.
Het o zo rustige weerbeeld veranderd
binnen een half uur in een niet voorspelde dreigende donkere lucht,
we zien wolken samensmelten tot een weerzinwekkende lucht, het oogt als een uit een B
film geplukte aankondiging voor een spannend moment. In de werkelijkheid
is dit ook een aankondiging voor serieuze schit is op het water
overigens.
Zeilen naar beneden en snel, dit soort
luchten ga je niet tarten.
Met donder en geweld nadert het
onvriendelijke uitziende wolken gebied ons, het begint te regenen,
hard te waaien en te hagelen.
Oké dit is de zomer in Nederland denk
ik als ik de natte plekken in mijn zeilbroek begin te voelen.
Maar dit was slechts het begin nog geen
twee minuten later grijpt de windhoos die zich heeft verstopt in dit
bizarre weer ons schip. Ik zie geen hand voor ogen in een kogelregen
van hagelstenen en ben even compleet mijn oriëntatie kwijt.
Uit het niks doemt er een vrachtschip
op we worden er naartoe geblazen, op onze buiskap alleen al lopen wij
5,6 knoop snelheid.
Shit! we liggen op ramkoers!, schreeuw
ik naar manlief, ik kan haar niet houden!
Manlief springt achter het stuur en
trekt haar met volle kracht in haar achteruit, opgelucht zien wij het
vrachtschip aan ons voorbij trekken, maar het het blijft spannend, de
wind blijft aanzwellen onze bijboot die achter het schip hoort te
drijven is een soort luchtkussen die allerlei acrobatische toeren
uithaalt aan het een lijntje.
De hagelstenen zo groot als knikkers
bekogelen ons en ons schip.
Radar aan! roept manlief.
Ik druk de radar aan, het scherm kleurt
oranje.
Vlot leg mijn man uit hoe ik het beeld zo kan krijgen dat de bui die de oranje vlek veroorzaakt weggefilterd kan worden.We zien nu de schepen om ons heen in beeld, we liggen veilig net buiten de vaargeul.
Vlot leg mijn man uit hoe ik het beeld zo kan krijgen dat de bui die de oranje vlek veroorzaakt weggefilterd kan worden.We zien nu de schepen om ons heen in beeld, we liggen veilig net buiten de vaargeul.
Zo snel als deze bizarre bui kwam, zo
snel is hij weer verdwenen.
We maken de schade op, het heklicht
bungelt aan een draadje op de spiegel van ons schip, de houder van de
vlaggenstok is krom gebogen en het bijbootje mist één peddel.
Het had veel erger kunnen zijn, een
schip vaart ons tegemoet, op het dek is iemand bezig de restanten van
het grootzeil bij elkaar te binden, jammer deze mensen waren
blijkbaar te laat met het strijken van hun grootzeil. Materiële
schade is niet fijn maar overkomelijk al moet er niet aan denken wat
er was gebeurd als we dat vrachtschip hadden geraakt....
Rustig pruttelen we richting de Zeeland
brug, het bascule gedeelte waar wij door moeten staat open we gaan
het niet halen.
De zeilen kunnen wel weer omhoog, zegt
manlief.
Laat maar even ik geloof dat ik nog
even bij moet komen van het donder en geweld, zeg ik.
Op onze windmeter zien we dat er op 0,2
knoop na er een tien stond.
Stoten negen hebben we wel meegemaakt
in het verleden maar een tien, dat niet.
Mijn neus is weer eens op het ontzag
wat je voor de element moet hebben gedrukt, en dat niet alleen ik ben
trots op mijn man, op zijn manier van omgaan met dit soort dreigende
situaties.
Hij heeft weer eens laten zien dat hij
een eerste klas schipper is, en daar is maar één cijfer voor.
Een tien......
Dit opstel verdient natuurlijk ook een 10!
BeantwoordenVerwijderenWat ik me wel blijf afvragen was waar jullie dochtertje op die spannende momenten verbleef.
Andere vraag die bij me opkomt is: varen jullie ook 's nachts?
Groets,
Leo
Mooi geschreven Gaab!
BeantwoordenVerwijderenJanneke