Ik heb wel eens een boekbespreking met
mevrouw de psychiater.
Hoe we er op komen? Dit keer omdat ik
haar vertelde dat ik twee boeken heb gelezen van mensen met
psychische problemen, niet direct maar op de een of ander manier
kwamen we op zelfmoord.
Misschien wel omdat ze wil weten in
hoeverre ik vast omlijnde plannen heb op dat gebied gezien mijn
verleden, just checking zullen we maar zeggen.
Ik vertel haar dat ik een boek aan het
lezen ben het verhaal van een man die voor de trein sprong en het
overleefde maar wel zijn benen verloor, redelijk slechte
voorbereiding vind ik.
Ben je altijd zo cynisch? Vraagt ze.
Het verhaal van mijn mijn zelfmoord,
heet zijn boek wat ik aan het lezen ben ken je het?, vraag ik haar.
Ze schud haar hoofd in de nee
bevestiging.
Het klopt niet die titel, zeg ik, het
is het verhaal van mijn zelfmoord poging, als in tentamen suïcide,
het is niet gelukt het was een oefening, een poging het beoogde
resultaat is uitgebleven.
Wat ze vooral cynisch vond was dat ik
het redelijk dom vond om eerst met je benen te springen, of je zo te
laat vallen dat je niet zeker weet dat het beoogde resultaat gehaald
wordt, en niet je hoofd als doelwit voor de voorbijrazende intercity
gebruikt om er zeker van te zijn dat je tentamen een bijna honderd
procent kans van slagen heeft om een suïcide te worden als je het op
die manier doet.
Ze kijkt iets wat bezorgt.
Ik kijk met een zucht terug.
Het is niet zo dat ik mij ooit voor een
trein gooi, stel ik haar gerust, deze ervaring heb ik opgedaan toen
ik in het ziekenhuis werkte, wij kregen nog al wat 'domme springers'
zal ik maar zeggen op de afdeling chirurgie en hebben uit onbegrip
voor hun daad wel eens discussies gehad over hoe je nou zou moeten
springen om in mortuarium terecht te komen en niet op de afdeling met
een amputatie, of meerdere en de nodige botbreuken.
Ik ben nog een boek aan het lezen wat
veel beter is, als je een boek over ervaringen van de 'gewone mens'
met de psychiatrie wilt lezen dan is dit een echte aanrader.
Welk boek? vraagt ze.
Paaz van Mythe van der Meer.
Ik heb in het verleden wel eens aan een
bipo schrijfster en een bipo journalist die ik ken gevraagd of ze een
boek konden schrijven over hun depressie, beide zeiden dat ze daar
niet aan begonnen dat het een ongelooflijk saai verhaal zou worden
wat niemand zou willen lezen, en natuurlijk heb ik het boek van mike Boddé
gelezen, pil, wel aardig.
Maar niemand kan een depressie beter
beschrijven met een sarcastische humor die de mijne is als deze dame,
en dan is ze niet eens een cabaretière!
Ze pakt haar notitie blok, Mythe van
der Meer, zei je? Paaz?
Ik ben ooit eens begonnen in de
psychiatrie op een Paaz afdeling, zegt ze onder het opschrijven van
de titel.
Dan spreekt het je zeker aan!
Ik kan mij goed voorstellen dat mevrouw
de psychiater een dokter Visser is geweest zoals Mythe beschrijft in
haar boek, groen en zoekende naar een diagnose voor al die
onmogelijke patiënten, die ze nu nog steeds aan haar bureau heeft
overigens, denk ik met een glimlach, zonder spiegel kan ik al zien
wie dat onder andere is...
Het is bijna briljant hoe iemand de
meest suffe en zinloze instelling als een opname afdeling kan
beschrijven met veel humor, haar zoektocht naar hoe het komt dat ze
überhaupt daar zit en het vertrouwen wat ze heeft dat als ze de
perfecte patiënt speelt en braaf haar pillen slikt dat het dan
uiteindelijk goed komt.
Haar observatie van de onderlinge
verhoudingen op een opname afdeling kan ze perfect verwoorden.
De hiërarchie die heerst en krom staat
van de regeltjes, die steeds getart wordt door diegene die lager op
de lader staan en proberen het hogere roedel dier, want de GGZ is gewoon een
roedel, een pootje te lichten weet ze perfect te beschrijven
En dan haar humor, het sarcasme en de
zelfspot, ik kan mij daar goed in vinden, ik ben niet anders.
Misschien snap je mijn humor wat beter
als je het hebt gelezen, zeg ik tegen mevrouw de psychiater.
Humor dat is iets wat ze niet kennen in
de psychiatrie is mijn ervaring.
Zo had ik ooit eens een gesprek met de
psychiater in opleiding voordat ik voor het eerst met weekend verlof
mocht tijdens een opname voor een zware depressie.
En? Vraagt ze monter, heb je nog
suïcidale gedachten?
Ik kijk haar wat bevreemd aan.
Ik ga naar mijn ouders dit weekend, die in de polder
wonen...., zeg ik.
Ja?
De POLDER, zeg ik, daar wil je nog niet
DOOD gevonden worden!
Ze kijkt mij appelig aan, wordt rood en
zegt dan met een schuchter lachje dat ik mag gaan.........
De twee boeken maken beide indruk op
mij die van Viktor in de zin dat het mij een ongelooflijke kwelling
lijkt om een borderline persoonlijkheid te hebben en nooit te kunnen
genieten van het leven, iets wat ik niet ken, ik heb het geluk dat ik
buiten episodes echt wel van het leven hou, soms iets te veel
misschien, maar genieten dat kan ik.
Het boek van Myrthe vind ik knap
geschreven hoe briljant ben je als je een boek kan vullen en de
aandacht van de lezer kan houden als je over zo iets depressiefs
schrijft als je opname in een inrichting.
Paazzzzzzzzzzzzzzzzzz, dacht ik toen ik
begon met het boek.
Mijn eigen ervaring is dat een opname
afdeling waar ik helaas in het verleden veelvuldig heb verbleven, in
een psychiatrisch ziekenhuis dan wat niet veel verschilt van een Paaz
(psychiatrische afdeling algemeen ziekenhuis) en samenhangt van
slaapverwekkende gebeurtenissen is.
Een boek vullen met die ervaring en
toch blijven boeien, dat zou ik echt niet kunnen.
Knap
Geen opmerkingen:
Een reactie posten