donderdag 17 januari 2013

Paazzzzzzzzzzzz



Ik heb wel eens een boekbespreking met mevrouw de psychiater.
Hoe we er op komen? Dit keer omdat ik haar vertelde dat ik twee boeken heb gelezen van mensen met psychische problemen, niet direct maar op de een of ander manier kwamen we op zelfmoord.
Misschien wel omdat ze wil weten in hoeverre ik vast omlijnde plannen heb op dat gebied gezien mijn verleden, just checking zullen we maar zeggen.
Ik vertel haar dat ik een boek aan het lezen ben het verhaal van een man die voor de trein sprong en het overleefde maar wel zijn benen verloor, redelijk slechte voorbereiding vind ik.
Ben je altijd zo cynisch? Vraagt ze.

Het verhaal van mijn mijn zelfmoord, heet zijn boek wat ik aan het lezen ben ken je het?, vraag ik haar.
Ze schud haar hoofd in de nee bevestiging.
Het klopt niet die titel, zeg ik, het is het verhaal van mijn zelfmoord poging, als in tentamen suïcide, het is niet gelukt het was een oefening, een poging het beoogde resultaat is uitgebleven.

Wat ze vooral cynisch vond was dat ik het redelijk dom vond om eerst met je benen te springen, of je zo te laat vallen dat je niet zeker weet dat het beoogde resultaat gehaald wordt, en niet je hoofd als doelwit voor de voorbijrazende intercity gebruikt om er zeker van te zijn dat je tentamen een bijna honderd procent kans van slagen heeft om een suïcide te worden als je het op die manier doet.
Ze kijkt iets wat bezorgt.
Ik kijk met een zucht terug.

Het is niet zo dat ik mij ooit voor een trein gooi, stel ik haar gerust, deze ervaring heb ik opgedaan toen ik in het ziekenhuis werkte, wij kregen nog al wat 'domme springers' zal ik maar zeggen op de afdeling chirurgie en hebben uit onbegrip voor hun daad wel eens discussies gehad over hoe je nou zou moeten springen om in mortuarium terecht te komen en niet op de afdeling met een amputatie, of meerdere en de nodige botbreuken.

Ik ben nog een boek aan het lezen wat veel beter is, als je een boek over ervaringen van de 'gewone mens' met de psychiatrie wilt lezen dan is dit een echte aanrader.
Welk boek? vraagt ze.
Paaz van Mythe van der Meer.
Ik heb in het verleden wel eens aan een bipo schrijfster en een bipo journalist die ik ken gevraagd of ze een boek konden schrijven over hun depressie, beide zeiden dat ze daar niet aan begonnen dat het een ongelooflijk saai verhaal zou worden wat niemand zou willen lezen, en natuurlijk heb ik het boek van mike Boddé gelezen, pil, wel aardig.
Maar niemand kan een depressie beter beschrijven met een sarcastische humor die de mijne is als deze dame, en dan is ze niet eens een cabaretière!

Ze pakt haar notitie blok, Mythe van der Meer, zei je? Paaz?
Ik ben ooit eens begonnen in de psychiatrie op een Paaz afdeling, zegt ze onder het opschrijven van de titel.
Dan spreekt het je zeker aan!
Ik kan mij goed voorstellen dat mevrouw de psychiater een dokter Visser is geweest zoals Mythe beschrijft in haar boek, groen en zoekende naar een diagnose voor al die onmogelijke patiënten, die ze nu nog steeds aan haar bureau heeft overigens, denk ik met een glimlach, zonder spiegel kan ik al zien wie dat onder andere is...

Het is bijna briljant hoe iemand de meest suffe en zinloze instelling als een opname afdeling kan beschrijven met veel humor, haar zoektocht naar hoe het komt dat ze überhaupt daar zit en het vertrouwen wat ze heeft dat als ze de perfecte patiënt speelt en braaf haar pillen slikt dat het dan uiteindelijk goed komt.
Haar observatie van de onderlinge verhoudingen op een opname afdeling kan ze perfect verwoorden.
De hiërarchie die heerst en krom staat van de regeltjes, die steeds getart wordt door diegene die lager op de lader staan en proberen het hogere roedel dier, want de GGZ is gewoon een roedel, een pootje te lichten weet ze perfect te beschrijven
En dan haar humor, het sarcasme en de zelfspot, ik kan mij daar goed in vinden, ik ben niet anders.

Misschien snap je mijn humor wat beter als je het hebt gelezen, zeg ik tegen mevrouw de psychiater.

Humor dat is iets wat ze niet kennen in de psychiatrie is mijn ervaring.
Zo had ik ooit eens een gesprek met de psychiater in opleiding voordat ik voor het eerst met weekend verlof mocht tijdens een opname voor een zware depressie.

En? Vraagt ze monter, heb je nog suïcidale gedachten?
Ik kijk haar wat bevreemd aan.
Ik ga naar mijn ouders dit weekend, die in de polder wonen...., zeg ik.
Ja?
De POLDER, zeg ik, daar wil je nog niet DOOD gevonden worden!
Ze kijkt mij appelig aan, wordt rood en zegt dan met een schuchter lachje dat ik mag gaan.........


De twee boeken maken beide indruk op mij die van Viktor in de zin dat het mij een ongelooflijke kwelling lijkt om een borderline persoonlijkheid te hebben en nooit te kunnen genieten van het leven, iets wat ik niet ken, ik heb het geluk dat ik buiten episodes echt wel van het leven hou, soms iets te veel misschien, maar genieten dat kan ik.
Het boek van Myrthe vind ik knap geschreven hoe briljant ben je als je een boek kan vullen en de aandacht van de lezer kan houden als je over zo iets depressiefs schrijft als je opname in een inrichting.
Paazzzzzzzzzzzzzzzzzz, dacht ik toen ik begon met het boek.
Mijn eigen ervaring is dat een opname afdeling waar ik helaas in het verleden veelvuldig heb verbleven, in een psychiatrisch ziekenhuis dan wat niet veel verschilt van een Paaz (psychiatrische afdeling algemeen ziekenhuis) en samenhangt van slaapverwekkende gebeurtenissen is.
Een boek vullen met die ervaring en toch blijven boeien, dat zou ik echt niet kunnen.
Knap




Geen opmerkingen:

Een reactie posten