maandag 30 september 2013

Kind van de rekening



Ze zit stilletjes op de achterbank, kijkt naar buiten en onttrekt zich kompleet aan het drukke gebabbel van haar mede passagiers.
Vier meisjes vervoer ik eens à twee keer per week van de hockey club naar huis.
We brengen en halen ze nu nog wij ouders van deze hockey meisjes nu nog wel.
Maar de tweede helft van het seizoen gaan we fietsen met de dames, ter voorbereiding op het feit dat ze over een jaar zelf naar de club mogen rijden, ze moeten tenslotte het jaar daarop naar 'de grote school' fietsen want die hebben wij niet in onze nieuwbouwwijk, de dichtstbijzijnde school ligt een kilometer of 6 van onze wijk vandaan.

De meisjes in mijn auto zijn druk bezig met informatie delen, telefoontjes worden uitgewisseld om elkaar het nieuwste spelletje te laten zien, of om elkaar uit te leggen hoe je op een bepaalt level in een bestaand spelletje komt. De trainers worden besproken, wie is de leukste van de twee jongen jongens die het team dit jaar begeleiden , de meningen zijn verdeeld.

Ze blijft naar buiten kijken, doet niet mee niet omdat ze geen telefoon heeft of geen mening, nee op de een of ander manier mist ze de aansluiting, haar gedachten zijn blijkbaar ergens heel anders.
Het starende meisje zit niet alleen in het zelfde hockey team als mijn dochter ze zitten ook in de zelfde klas.
Ik ken haar situatie, haar ouders zijn gescheiden, en beide druk bezig met hun eigen leven.
Waar het kind bij is maken ze ruzie over waar hun dochter moet blijven slapen dat weekend, ik ben er wel eens getuigen van geweest, het is een gênante vertoning niet alleen voor haar.
Hoe moet dat voelen voor haar, vroeg ik mij af.
Echt gewenst voel je je als kind volgens mij niet op dat moment, in de jaren dat ik het meisje ken zie ik haar steeds meer zich terug trekken en met de verkeerde kinderen omgaan kinderen die in het kleine winkelcentrum van onze wijk hangen na school en nu al spijbelen.
Mijn dochter die redelijk goed bevriend met haar was heeft het met haar gehad.
Mama, zegt ze, ik ga niet meer het haar spelen, ze vindt niks leuk, en liegt de hele tijd over alles.

Ik kijk in de achteruitkijk spiegel, als ik haar thuis afzet, zie de auto van haar moeder niet voor de deur staan.
Kan je er wel in? Vraag ik.
Ja, mama is bij haar vriend, papa komt mij zo ophalen als het goed is, zegt ze met een flauwe glimlach die ze uit haar tenen moet persen zo te zien.
Ze pakt haar spullen en vist de huissleutel uit haar hockey tas.
Ik wacht tot ze binnen is.
Met een gemengd gevoel van boosheid en verdriet rijdt ik naar huis.

Kinderen als zij, daar zouden ze eens aandacht aan moeten besteden, in plaats dat ze mij op mijn huid zitten als moeder en psychiatrisch patiënt.

Bijna vanaf dag een dat ik ziek werd heeft de psychiatrie het nodig gevonden op mijn dochter in de gaten te houden, want ja die moeder is manisch depressief, dat moet invloed hebben op het kind, dat kan niet anders.
Mijn dochter heeft het geluk gehad dat in de tijden van mijn afwezigheid, familie en vrienden haar goed hebben opgevangen, dat heb ik de psychiatrie dan ook duidelijk gemaakt.
Maar nee kindje moest toch echt in het KOPP programma vond men.
KOPP is de afkorting voor Kinderen van Ouders met Psychische Problemen.
Er is geld vrij gemaakt voor deze groep kinderen in de tijd dat er nog geld was en dat moet dus gebruikt worden vind men.
Als psychiatrisch patiënt, met mijn geschiedenis moest mijn dochter toch echt last hebben van haar moeder.
Men bleef aandringen en hebben zelfs een KOPP consulent op de zaak gezet, om mij te bewegen mijn kind te laten begeleiden door deskundigen.
Ik bleef en blijf de boot afhouden mijn dochter doet het goed op school heeft vriendinnetjes en vertoonde geen abnormaal gedrag.
Op de site van de KOPP beweging, zal ik maar zeggen, was te lezen dat een groot deel van de KOPP kinderen zelf ook een psychiatrisch aandoening ontwikkelen.
Tja, als je zo vroeg al in de malle molen komt en enigszins afwijkend gedrag vertoont wat de buitenwereld niet als vreemd ervaart overigens is het labeltje snel geplakt op een kind van een ouder met een voorgeschiedenis lijkt mij....

Het leek mij veel gezonder om mijn kind ver van deze instantie vandaan te houden, mocht er wat mankeren aan mijn kind kan ik alsnog hulp in roepen.
En ik moet zeggen als ouder met een erfelijke aandoening ben je je bewust van het feit dat je kind het ook kan krijgen, dus let je per definitie beter op eventueel afwijkend gedrag.
Daarnaast ben je er op gebrand dat je je kind een zo normaal mogelijke jeugd geeft,waarschijnlijk meer dan de 'gewone' mens.

Een paar maanden gelden had ik een afscheid etentje van mijn hockey team, en omdat ik altijd open over mijn aandoening heb gesproken lijkt het wel of mensen makkelijker praten over hun eigen ervaring.
Zo durfde een teamgenoot, na twee jaar samen gespeeld te hebben, aan tafel haar verhaal te delen met mij.
Haar moeder was ook manisch depressief.
Gaab, zegt ze, ik heb zo veel bewondering voor hoe jij met de ziekte omgaat, je staat elk weekend op het veld, draait bar dienst en fluit wedstrijden voor je kind, dat deed mijn moeder nooit.
Het zo knap dat je dat kan..
Ik vind het alles behalve knap meer een must om mijn kind een zo normaal mogelijke jeugd te geven en daar hoort ouderparticipatie bij.
We komen tot de conclusie dat haar moeder in een andere tijd leefde, een tijd dat je alleen gewezen werd op het feit dat je ziek was en dat dat het gezin overheerste, niemand vertelde haar moeder dat het belangrijk was om zoveel mogelijk mee te doen in de maatschappij dat dat veel gezonder is dan in je bed te blijven liggen tijdens een depressie, om je vervolgens alleen maar nog slechter te voelen.

Ik denk dat mijn generatie ouders met een psychische aandoening als de bipolaire stoornis heel bewust omgaan met hun gevoeligheid en in vele gevallen zelfs beter ouders zijn dan bijvoorbeeld de ouders van het stille meisje op mijn achterbank, het meisje wat heen en weer geslingerd wordt tussen twee ouders die meer oog hebben voor hun eigen leven dan voor dat van hun kind.
Het kind wat en een luisterend oor nodig heeft voor haar gevoel van ongewenstheid.
Het kind van de rekening die behoort tot een groep kinderen waar geen speciaal programma voor is zoals dat wel voor de KOPP kinderen bestaat, die waarschijnlijk meer problemen ondervind dan mijn dochter met haar 'zieke' moeder.
Een meisje dat met haar ziel onder haar arm blijft lopen omdat haar ouders 'gezond' zijn.







Geen opmerkingen:

Een reactie posten