zaterdag 25 februari 2012

Stoffige fles



Waar komt u voor?, vraagt een warrig grijsharig mannenhoofd uit het raam vanaf de eerste verdieping.
Ik sta voor de deur van een statig stads pand met uitzicht op het park, van de vier mogelijke bellen die ik kan indrukken naast de voordeur kies ik het bordje kantoor, ik weet dat ik op het goede adres ben een bescheiden emaillen bordje op de gevel geeft zijn werkzaamheid en werkadres weer, ooit vertelde hij mij dat hij boven zijn kantoor woont.

Hij is niet veranderd hooguit een paar jaar ouder, glimlachend deel ik het warrige grijze haar mede dat hij mij waarschijnlijk niet meer kan herinneren, maar dat ik een belofte kom inwilligen.
Wacht even, nu herken ik je, je naam is mij even ontschoten, jou zaak, ik weet het weer, spreekt hij zijn overpeinzingen hardop uit.
Drie jaar geleden heeft u een RM zaak voor mij gewonnen, zeg ik, ik kom u de beloofde fles brengen.
Kom binnen, hij duikt weg en een paar seconde later gaat de voordeur met een zoem open.

Drie jaar gelden besloot de psychiater dat, in mijn belang,het beter was dat ik bleef.
God wat heb ik die man vervloekt, zijn uitspraak en actie, ik wilde het liefst uit mijn dak gaan en hem aanvliegen.
Gelukkig was ik door de pillen niet meer manisch en kon ik mijn hypomane ik nog net inhouden.
Het waren overigens niet alleen de pillen die mij tegen hielden om het beest in mij niet de vrije teugel te geven, ik kende hun reprimande, terug naar de gesloten.
Ik kijk hem aan met een valsheid van een hond, mijn oren liggen plat in mijn nek mijn tanden zou ik het liefst ontbloten, grommen ja dat doe ik maar meer niet ik voel de stekelige halsband die de gesloten heet zich strak trekken om mijn nek.

Ik wacht en wacht, de IBS is verlengd waar blijft die RM zitting?
Na vijf weken wachten trek ik aan de patiënten vertrouwenspersoon bel.
Ze zijn snel met hun acties.
In de holst van die zelfde nacht, klinkt leuk, maar het was gewoon avond, komt hij aan scheuren op zijn motor, mijn raadsheer.
Zijn haar is in de war door zijn helm, hij probeert het recht te strijken zonder succes.
Vini Vidi Vici is van toepassing op deze man;

Hij kwam per motor.
Hij zag mijn zaak.
Hij overwon het BOPZ systeem.

Hij eindigt de zitting met deze woorden:
Nochtans, wil ik aanmerken dat justitie in zaken het dossier mw.G. het termijn van drie weken ruimschoots heeft overschreden met het dubbelen aantal, zes weken.
Mijn cliënte heeft daarom volgens rechtswege recht op een schadeloosstelling aangaande deze overschrijding, temeer daar zij ten onrechte, gezien de vrijspraak, in deze instelling heeft verbleven.
De oratie van mijn raadsheer wordt keurig genoteerd door de griffier, de rechter knikt.
Deze zaak verdient niet de schoonheidsprijs, zegt ze nuchter.

U hoort nog van mij, zegt hij bij het afscheid, deze zaak krijgt nog een staatje, zijn ogen glunderen fanatiek.

Een jaar later ontvang ik een dikke envelop van hem, de zaak en de uitspraak van de rechter, ik word schadeloos gesteld voor een bedrag waar ik een nieuwe laptop van koop.
Ik bel hem op om hem te bedanken, waar kan ik u mee verblijden?, vraag ik.
Whiskey, een goede fles van zijn favoriete merk.
Ik koop de grootste fles en neem mij voor zodra de gelegenheid zich voordoet de fles persoonlijk bij hem langs te brengen.

Twee jaar lang ligt de fles in mijn wijnrek bedekt onder een laagje stof, ik denk met een regelmaat aan het feit dat ik het nog steeds langs wil brengen, opsturen vind ik te onpersoonlijk.
Twee jaar later ben ik zover.
Ik veeg de stof van de fles en voorzie het van een feestelijke verpakking.

Ik open zijn voordeur, mijn raadsheer komt verontschuldigend voor zijn badjas de trap af, ik ben met pensioen, zegt hij, en zat de krant te lezen in nacht kledij.
Kom binnen, wat een genoegen dat ik u nog eens zie, vervolgt hij warm.
Ik haal de fles uit mijn tas, en zet hem op zijn bureau.
Wat attent van u!, dit had ik niet verwacht, zegt hij blij verrast.
Ik heb het u twee jaar gelden belooft, zeg ik, helaas ben ik niet eerder in de gelegenheid geweest om het langs te brengen.
Ik ben dan wel met pensioen zegt hij, maar ik zal u gift noteren in het dossier, weet u trouwens dat het een jurisprudentie is geworden?

O nee, echt! zeg ik met een lichte schrik.
Ik weet wat dat inhoud, mijn zaak is de eerste gewonnen zaak op het gebied van een schadevergoeding voor te lang tegen je wil opgesloten zitten bij een GGZ instelling.
Andere advocaten kunnen in de toekomst in soortgelijke zaken refereren naar
het dossier mw. G.

Mijn eerste schrik reactie maakt plaats voor bewondering voor deze man in badjas en warrige haren.
Het is een Pro Deo zaak, een verplicht nummertje voor advocaten in principe gooien deze goed verdienende mensen er met de pet naar als het gaat om het recht halen voor IBS en RM klanten.
Hij niet, hij is voor het uiterste haalbaar gegaan en heeft het gekregen, voor mij.

Wat jammer dat u met pensioen bent, zeg ik, ik had graag, of eigenlijk liever niet, maar als het toch nog eens voorkomt, gebruik gemaakt van uw diensten.

U mag mij altijd bellen, zegt hij, ik ken wel wat amices die net zoveel hart voor de zaak hebben als ik.
Met een tevreden gevoel neem ik afscheid, wat een mooi mens, ik ben blij dat ik de stof van de fles heb geveegd en het hem heb kunnen schenken.
Bedankt mr. K.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten