donderdag 28 juni 2012

De telefoon



Manlief belt vanaf Schiphol amper een half uur nadat ik hem bij de vertrekhal heb afgezet.
Zo, zeg ik, dat is snel gegaan die vlucht naar Barcelona!
Meestal belt hij pas als hij veilig is geland en op weg is naar zijn hotel.
Nee joh ik sta nog bij de incheck, ik hoor de grijns in zijn stem,
ik sta hier met mijn collega over de rapporten van zijn kids te praten, gaat hij verder,
en vroeg mij af of je de mail van juf wel hebt gezien met het verzoek het rapport van kindje mee naar school te nemen.

Allang, zucht ik, de map ligt sinds vorige week op school maak je niet druk, ga toch vliegen man!

Wat een overbodige vraag, echt iets waar je over moet bellen als je in de rij staat voor je vertrekkende vlucht, alsof het niet een paar dagen kan wachten.

Dertig jaar geleden zou het niet bij hem op zijn gekomen om over dit soort zaken even naar huis te bellen.
In die tijd had hij namelijk een telefooncel moeten opzoeken, een kwartje erin moeten gooien, en een nummer moeten draaien.
Dat zou denk ik te veel moeite zijn voor een vraag die best een paar dagen later gesteld had kunnen worden.

Tegenwoordig zitten wij bijna gekit aan de mobile telefoon, ik vraag mij af hoeveel gesprekken er nu echt nodig zijn hoeveel vragen best wel even kunnen wachten en hoeveel vragen zichzelf oplossen als je de tijd zijn werk laat doen.

Als voorbeeld neem ik onze monteurs die vaak vanaf het werk bellen met een montage technische vraagje, krijgen ze je niet meteen aan de lijn en bel je later terug dan is meestal hun antwoordt, o nee laat maar ik heb het al opgelost.

De mobile telefoon, wie heeft het kleine draadloze interactieve dingetje niet?
Als ik naar huis rijdt van mijn werk vandaag zie ik zeker een kwart van de fietser en wandelaars met een exemplaar in hun hand, niet alleen om te bellen dat is eigenlijk ook al weer passé, nee we twitteren, whatsappen, facebooken en hyvesen er op los.
En interessant is het wat we elkaar te melden hebben!
Via facebook kan ik vrijwel elke dag lezen dat een kennis weer eens naar de sportschool gaat, op twitter kan ik volgen hoe de stemming is van een lotgenoot die dag.
Ik sta op het punt om haar te 'ontvolgen' ik word moe van mensen die een tegenslag als, een lang verwacht pakketje dat niet op tijd komt vertalen in een depressie en een dagje wat meer energie als een manie zien, zucht.

Ik ben van de oude stempel, ik gebruik de telefoon om met iemand te praten, gewoon uitgebreid ouwehoeren omdat diegene die ik bel op afstand woont.
Ik bel het liefs gewoon als ik thuis ben, tegenwoordig weliswaar vaker via skype omdat het geld scheelt maar als de telefoon met het vaste draaitje nog bestond had het voor mij niet uitgemaakt.
Niks geen korte tekstjes in 140 tekens zoals op twitter, of een fotootje met een korte tekst plaatsen op facebook, ik lul gewoon ouderwets vaak een uur met mijn medemensen die ik lief heb.

Natuurlijk heb ik ook een mobile telefoon maar gewoon een prepaid gevalletje, zonder al die hippe bundels die je aangeboden worden, dat kan het toestel die bijna ouder is dan mijn dochter gelukkig niet aan.

Mijn baas vroeg laatst of ik een telefoon van de zaak wil.
Ik denk er over, zeg ik diplomatiek tegen hem.
In het verleden heb ik een zakelijke telefoon gehad.
Ik belde daar alleen zakelijk mee, totdat de gekheid toesloeg en ik mijn gedachtestroom met een ieder wilde delen die het wilde aanhoren, ook tijdens opnames.
Achteraf gezien ben ik blij dat ik de rekeningen niet te zien heb gekregen.
Het was duidelijk dat de zaak, waar ik destijds werkte, na een half jaar ziektewet opgelucht officieel mijn telefoon mocht invorderen.

Ik was weer aangewezen op het gedateerde telefoontje met prepaid kaart die thuis ergens achter in een bureau la lag.
Mijn man zal ook blij zijn geweest dat mijn oude telefoontje een ouderwetse beperking had.
De tirades die hij destijds telefonisch naar zijn hoofd geslingerd heeft gekregen, omdat ik hem als hoofdschuldige voor mijn niet vrijwillige opnames had aangewezen, werden beperkt omdat het beltegoed vrij snel op was, en probeer maar eens aan een telefoonkaart te komen op een gesloten afdeling dat lukt je niet.

De telefoon heeft er ook voor gezorgd dat ik in contact bleef met de wereld buiten in tijden van depressie.
In diepe depressies kon ik het nog wel opbrengen om met mijn beste vriendin die in het buitenland woont te praten.
Het verwerken van alles wat ik heb meegemaakt heb ik voor het grootste deel telefonisch gedaan niet alleen met haar, mijn beste vriendin, maar ook met mijn bipo vriendin, naast de gesprekken met manlief op de bank natuurlijk.

En wil je die zakelijke telefoon?, vroeg mijn baas vandaag.
Ja hoor, kom maar op met dat multimedia kreng die ik in de la gooi mocht het minder met mij
gaan, dat heb ik mij voorgenomen en meegenomen in mijn besluit.
Uit zelfbescherming, en om mijn baas niet onnodig op kosten te jagen zal ik mijn gedateerde prepaid mobieltje met beperkte mogelijkheden en een duidelijke kosten begrenzing weer te voorschijn halen, als het ooit nog nodig is.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten